Oosterflank is gebouwd in de jaren tachtig en bestaat uit eengezinswoningen en (voornamelijk lage) appartementencomplexen. In het oosten ligt de met groen omgeven Capelseweg, die de gemeentegrens met Capelle aan den IJssel markeert. De wijk houdt ook in het zuiden op bij de gemeentegrens met Capelle; een groene buffer met sportvoorzieningen en uitloper van het Schollebos. Aan de westzijde wordt Oosterflank begrensd door de metro langs de Prins Alexanderlaan
Historie
De wijk is gebouwd als ‘bloemkoolwijk’, een wijk met woonerven. Tussen de huizenrijen en flats zijn singels en groenstroken met bomen aangelegd. De wijk bestaat uit zo’n 5.400 woningen. De Evenaar en De Grote Beer zijn de hoofdwegen in de wijk. De wijk wordt ontsloten door de metro met de haltes Oosterflank en Alexander. Station Rotterdam Alexander is een NS Intercity station.
Bewoners
Oosterflank heeft ruim 10.500 inwoners en een relatief groot aandeel ouderen in vergelijking met Rotterdam als geheel.
Voorzieningen
In het noorden van Oosterflank ligt winkelgebied Alexandrium en het bedrijventerrein rond de Marten Meesweg. Winkelcentrum Alexandrium is het grootste winkelgebied van Rotterdam. De wijk beschikt verder over veel voorzieningen. Zo zijn er diverse basisscholen, middelbare scholen en peuterspeelzalen, een Huis van de Wijk (De Oriënt), zorg- en sportvoorzieningen, een sporthal, een tennis- en voetbalvereniging. Ook zijn er diverse speelplekken en voetbalveldjes. Het Semiramispark is een kleinschalig wijkpark aan de noordrand van de wijk.
- definitieAantal inwoners
- 2019
- 10.538
- 2017
- 10.609
- 2015
- 10.512
- 2013
- 10.546
- definitieaantal huishoudens
- 2019
- 5.577
- 2017
- 5.547
- 2015
- 5.542
- 2013
- 5.535
- definitieaantal woningen
- 2019
- 5.407
- 2017
- 5.408
- 2015
- 5.409
- 2013
- 5.402
- definitieaantal arbeidsplaatsen
- 2019
- 13.679
- 2017
- 13.566
- 2015
- 13.493
- 2013
- 12.438
Aantal inwoners
Definitie:
aantal inwoners dat staat ingeschreven in het bevolkingsregister van de Gemeente Rotterdam.
Bron: Basisregistratie Personen (BRP); bewerking OBI.
Peildata 1-1-2019, 1-1-2017, 1-1-2015 en 1-1-2013.
Aantal huishoudens
Definitie:
een huishouden bestaat uit een of meer personen die een woonruimte bewonen en zelf in hun dagelijks onderhoud voorzien, dus exclusief huishoudens wonend in een instelling (institutionele huishoudens).
Bron: Basisregistratie Personen (BRP); bewerking OBI.
Peildata 1-1-2019, 1-1-2017, 1-1-2015 en 1-1-2013.
Aantal woningen
Definitie:
aantal verblijfsobjecten met tenminste een woonfunctie en eventueel een of meer andere gebruiksfuncties (bijvoorbeeld winkel of kantoor). Weergegeven is het aantal zelfstandige woningen, dus uitgezonderd wooneenheden met gemeenschappelijke voorzieningen, zoals studentenunits of zorgunits.
Woningen-Bevolking Onderzoeksbestand (OBI).
Peildata 1-1-2019, 1-1-2017, 1-1-2015 en 1-1-2013.
Aantal arbeidsplaatsen
Definitie:
werkzame personen zijn alle personen die betaald werk verrichten, ongeacht het aantal uren dat men werkt. Het hier getoonde betreft het aantal personen dat werkzaam is in het getoonde gebied, ongeacht hun woonplaats; men kan dus buiten het getoonde gebied wonen.
Bron: Bedrijvenregister Zuid-Holland; bewerking OBI.
Peildata 1-1-2019, 1-1-2017, 1-1-2015 en 1-1-2013.
Aantal inwoners
Definitie:
aantal inwoners.
Bron: GBA; bewerking OBI. Peildatum 1-1-2013.
Aantal huishoudens
Definitie: aantal huishoudens
Aantal woningen
Definitie: aantal woningen
Aantal werkzame personen
Definitie:
aantal werkzame personen
Contextindicatoren (type-4)
Functioneel gemengde (centrum)wijken
De functioneel gemengde wijken kenmerken zich met name door het grote aantal werkzame personen dat in de daar gevestigde bedrijven en instellingen werkt in verhouding tot het aantal mensen dat in deze wijken woont. Naast de werkzame personen komen er ook veel bezoekers naar de winkels en culturele voorzieningen in deze wijken. Het aandeel van de bebouwde omgeving met de functie werken of voorzieningen ligt er dan ook erg hoog. De mensen in deze wijken wonen relatief veel in appartementen en flats en relatief vaak met een korte woonduur, mede door het hoge aandeel studerenden. Er wonen weinig gezinnen met kinderen. De rode en blauwe leefstijl is de meest voorkomende.
Compacte stadswijken
Deze wijken zijn gelegen binnen de 'ruit' van snelwegen in Rotterdam. De bebouwing in deze wijken staat in een hoge dichtheid. Er staan relatief veel woningen met een lage WOZ-waarde, veel meergezinswoningen (gestapelde bouw zonder lift), veel huurwoningen en dan vooral ook een relatief groot aandeel particuliere huurwoningen, en veel kleine woningen. Er wonen relatief veel nieuwe Nederlanders (bewoners met een niet-westerse afkomst, eerste generatie met een verblijfsduur van minder dan 1 jaar in Nederland) en weinig ouderen. De meeste huishoudens hebben een laag inkomen, de hoge inkomensgroep komt slechts in bescheiden mate voor. De gele en groene leefstijl zijn de meest voorkomende.
Groenere stadswijken
Deze wijken zijn gelegen binnen de 'ruit' van snelwegen in Rotterdam. De woningdichtheid is er ook hoog, maar wat lager dan in de stadswijken A, en het aandeel koopwoningen is er gemiddeld genomen wat hoger. Veel woningen zijn ook van voor 1945, vaak gestapelde bouw zonder lift. De WOZ-waarde is er hoger dan in de stadswijken A. Er wonen wat vaker studenten en de midden en hoge inkomens komen er wat vaker voor dan in stadswijken A. De rode en gele leefstijl zijn er de meest voorkomende.
Groene buitenwijken
Deze wijken liggen buiten de 'ruit' van snelwegen of zijn naoorlogse uitbreidingswijken. De woningdichtheid is hier gemiddeld genomen lager dan in de stadswijken. Er staan relatief veel eengezinswoningen, de WOZ-waarde bevindt zich vaak in de middenklasse, en er is een redelijke mix van sociale huurwoningen en koopwoningen. Gezinnen met kinderen komen er vaak voor, waaronder ook wat vaker eenoudergezinnen. Daarnaast is het aandeel ouderen er ook wat vaker oververtegenwoordigd. De gele en groene leefstijl is er het sterkst vertegenwoordigd.
Oude dorpen en gouden randen
Deze wijken zijn een mix van de nieuwste uitbreidingswijken, wijken ?op stand? en ?oude dorpen?. De woningdichtheid is er het laagst, het aandeel koopwoningen, eengezinswoningen en duurdere woningen het hoogst. Er wonen voornamelijk autochtonen, midden en hoge inkomens en gezinnen met kinderen. De blauwe leefstijl is in de meeste wijken relatief sterk vertegenwoordigd, maar ook de gele en groene leefstijl.
65 jr en ouder
Definitie:
aantal inwoners in de leeftijdsklasse 65 jaar en ouder.
Bron: Basisregistratie Personen (BRP); bewerking OBI.
Peildatum 1-1-2019.
Paar met kind(eren)
Definitie:
huishouden bestaande uit twee personen en een of meer kinderen, die gezamenlijk een huishouding voeren.
Bron: Basisregistratie Personen (BRP); bewerking OBI.
Peildatum 1-1-2019.
Middelste 40
Definitie:
gestandaardiseerd huishoudinkomen is het besteedbaar inkomen, gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden, zodat een vergelijkbaar welvaartsniveau wordt weergegeven, ongeacht grootte en samenstelling van het huishouden. Zo worden inkomensniveaus van bijvoorbeeld alleenstaanden en gezinnen beter vergelijkbaar. Aan de hand van de landelijke verdeling van huishoudensinkomens worden lage, midden en hoge inkomensgroepen afgebakend. Daarbij wordt de middelste 40 van de landelijke inkomensverdeling als de groep ‘middeninkomens’ beschouwd.
Bron: SSB (CBS); bewerking OBI.
Peildatum 1-1-2018. Inkomens over belastingjaar 2018.
Koop
Definitie:
koopwoningen zijn woningen in eigendom van particulieren ten behoeve van bewoning door henzelf, ook wel bekend als ‘eigenaar-bewoners’.
Woningen-Bevolking Onderzoeksbestand (OBI).
Peildatum 1-1-2019.
Eengezinswoning
Definitie:
woning met tenminste één door de toegangsdeur ontsloten vertrek op de begane grond of beletage, beide zonder opbouw van andere objecten.
Woningen-Bevolking Onderzoeksbestand (OBI).
Peildatum 1-1-2019.